Morgen houdt Johan Dessing, voorzitter van de FVD-fractie in zowel de Eerste Kamer als Provinciale Staten van Noord-Holland, een borrellezing over onze luchtvaart.
Hij zal daarbij aandacht schenken aan ons roemruchte verleden. Op dit moment wordt de sector echter bedreigd door een aantal ontwikkelingen. Maar hij ziet voor de toekomst zeker ook kansen.
Voorafgaand aan zijn lezing hadden we een kort gesprek met hem.
Johan, kun je kort iets meer over jezelf vertellen?
Ik ben 57 jaar, getrouwd en heb een zoon van 22 jaar die HBO Bouwkunde studeert. Ik werk al 32 jaar bij Luchtverkeersleiding Nederland als assistent-luchtverkeersleider op de Luchthaven Schiphol. Ik heb diverse nevenfuncties gehad in de luchtvaart, waaronder die van preventief veiligheidsonderzoeker van het Air Traffic Management Systeem, praktijkopleider luchtverkeersleiding en cursusmanager van de opleiding tot assistent-luchtverkeersleider. In mijn vrije tijd houd ik van wandelen in de vrije natuur.
De luchtvaartsector is groot in Nederland. We ontlenen daaraan ook een deel van onze nationale trots. Maar de laatste tijd is er ook veel sprake van ‘overlast’. Waar moeten we dan aan denken?
De overlast van bijvoorbeeld Schiphol wordt door omwonenden op verschillende manieren ervaren. Meetbaar is in ieder geval geluid, dat in de afgelopen jaren door verbeterde vliegtuigmotortechnieken en het gebruik ervan per vliegtuig per saldo is afgenomen. Door het toegenomen aantal vluchtbewegingen lijkt geluid soms meer aanwezig, maar dit is dus relatief. Wat meespeelt is dat geluid in de nacht als hinderlijker wordt ervaren.
Procedures om geluidshinder te verminderen houden nu al rekening met hogere vlieghoogtes en vliegroutes om zo veel mogelijk bebouwing heen. Overlast wordt gemeten naar het totaal aantal woningen dat per saldo last heeft van dit geluid. Het aantal gemelde klachten is fors, maar met name zogenaamde veel-melders zijn daarvoor verantwoordelijk.
Het stoppen van nachtvluchten en het verbod op privéjets op Schiphol wordt door de publieke omroep gepresenteerd als een 'grote sprong voorwaarts'….
Het stoppen van nachtvluchten en het verbod op privévluchten is een doodsteek voor Schiphol en het is onbegrijpelijk dat de directie van deze luchthaven hier zelf mee komt en zo de bedrijfsvoering van Schiphol ondermijnt. Nachtvluchten zijn essentieel voor het 'hub-and-spoke'-model van Schiphol dat draait op de overstapfunctie als internationale draaischijf. Ook de bedrijfsvoering van de luchtvaartmaatschappijen als KLM wordt hier ernstig door aangetast. Iets wat nog verergerd wordt doordat chartervluchten duurder worden omdat er minder vluchten kunnen worden uitgevoerd.
Privévluchten vormen een groeiende markt die voorziet in een behoefte en die niet per se vervuilender is. In coronatijd hebben deze vluchten een groei doorgemaakt vanwege het ontbreken van beperkende maatregelen en door een snelle en soepele vluchtafhandeling van deur tot deur. De privévluchten tellen bovendien niet mee in de luchthavenslots die nu zijn gemaximeerd op 500.000 vluchten per jaar, maar die vanwege de zogenaamde geluidsoverlast van de regering terug moeten naar 440.000 vluchten.
Moet er gekeken worden naar alternatieven voor het huidige Schiphol?
Alternatieven voor Schiphol zijn zeker waard om te worden onderzocht. Schiphol kan in de huidige constellatie groeien tot maximaal 600.000 vluchten en kan dan niet verder groeien op de huidige locatie. Lelystad als overflow is slechts een tijdelijke oplossing die nauwelijks soelaas biedt en die geluid gaat introduceren op plekken waar nu nog geen geluidsoverlast is, zoals op de Veluwe. Bovendien is de groei van vluchtbewegingen vlakbij een knooppunt als Schiphol voor de luchtverkeersleiding een complicerende factor die eigenlijk ongewenst is.
Daarom is een luchthaven in zee een serieuze optie om de luchtvaart in Nederland perspectief voor de lange termijn te bieden. Voordelen zijn vermindering van ervaren overlast, een groeimogelijkheid tot 750.000 vluchten en ruimte die vrijkomt voor de bouw van woningen en de aanleg van natuur, bijvoorbeeld een (oer)bos.
Nederland moet weer groots durven denken!
Wat jou betreft mogen we terecht trots zijn op Schiphol en moeten we er alles aan doen om deze motor voor onze nationale economie te koesteren!
Inderdaad! Schiphol is ontstaan door de pioniersgeest havenmeester Jan Dellaert en de politiek die bereid was keuzes te maken en hem bij zijn plannen destijds gesteund heeft. Schiphol heeft op dit moment een belangrijk aandeel in onze economie. De luchthaven geniet aanzien als een kwalitatief zeer hoogwaardig knooppunt binnen de wereldwijde luchtvaart. Samen met de pioniersgeest van KLM en zijn oprichter Albert Plesman, en die van vliegtuigbouwer Anthonie Fokker, is dit iets om trots op te zijn.
