Religie is noodzakelijk wil er ook in de toekomst nog sprake zijn van een vitale democratie. Dat is de stelling van de Duitse socioloog Hartmut Rosa in een lezing die onlangs in vertaling bij uitgeverij Boom te Amsterdam verscheen.
Die stelling is typisch voor de wijze waarop sinds de secularisatie tegen het verschijnsel godsdienst wordt aangekeken. Religie komt in het publieke debat niet langer te sprake als een vanzelfsprekend zelfstandige entiteit in onze moderne samenleving, maar als niets dat ‘nut’ moet hebben om nog enig recht van bestaan te kunnen claimen.
Gelovigen zullen dat als verlies beschouwen – niet geheel ten onrechte. Maar persoonlijk denk ik dat de beschouwingen van Rosa niettemin uiterst serieus genomen dienen te worden – zij het dat niet alle godsdienstige verschijnselen per definitie bijdragen aan een vitale democratie.
Afnemende rol van het christendom
Rosa hield zijn lezing iets meer dan een jaar geleden voor een bijeenkomst van katholieke geestelijken in het Duitse Würzburg. Het feit dat de kerk daarbij een relatieve buitenstaander vraagt om haar hoogwaardigheidsbekleders te komen vertellen wat de blijvende relevantie van (haar) godsdienst zou zijn, suggereert dat ze twijfelt of ze die relevantie zelf nog begrijpelijk onder woorden kan brengen.
Twijfel aan het eigen bestaansrecht zou op zichzelf begrijpelijk zijn. Want ook de rooms-katholieke kerk in Duitsland ontsnapt niet aan de moderne seculariseringstendensen. Het aantal traditionele gelovigen dat wekelijks nog de gang naar de kerkdienst maakt blijft almaar afnemen. Steeds vaker zeggen gelovigen zelfs hun lidmaatschap op. Daarbij blijft ook de aanwas van nieuwe geestelijken achter. Dat leidt ertoe dat steeds meer lokale parochies de deuren moeten sluiten.
Kortom: mocht de kerk zelf nog geloven in haar toegevoegde waarde, dan lijken steeds minder gelovigen daarvan nog overtuigd te zijn.
Dan past het bij het missionaire instelling van de kerk dat zij zich oriënteert op een taalveld dat door mensen buiten de kerk wel begrepen wordt. Het ligt voor de hand dat zij zich daarbij heeft laten triggeren door het werk van Rosa. In tal van publicaties heeft hij zich laten kennen als iemand die diepgaand heeft nagedacht over de consequenties van de moderniteit voor de huidige samenleving.
De uitdaging van de moderniteit
Typisch voor de moderniteit is volgens Rosa dat de samenleving permanent gedwongen wordt te groeien, te versnellen en daarbij zichzelf oneindig voort te drijven. Maar de secularisering heeft er ook toe geleid dat het zicht op de zin van dat alles is verdwenen. Daardoor is een situatie ontstaan die Rosa aanduidt met de term ‘razende stilstand’. We hebben met zijn allen voortdurend haast, maar raken tegelijkertijd zodanig verstijfd dat we onze openheid naar de werkelijkheid, de wereld, onze naasten en ons eigen innerlijk verloren zijn.
Het resultaat is niet alleen dat steeds meer mensen last hebben van een burn-out, maar ook een toenemende polarisatie in de samenleving. De ontkerkelijking blijkt daarbij niet alleen maar bevrijding gebracht te hebben, maar stelt ons nadrukkelijk ook voor problemen. Bovendien blijkt ook de politiek steeds minder in staat om een verbindende rol in de samenleving te spelen. Sterker nog: ze wordt steeds vaker gewantrouwd. Feitelijk is er, zo concludeert Rosa, sprake van een crisissituatie.
Nieuwe mogelijkheden voor het christendom
Gezien het publiek waarvoor Rosa sprak lag het voor de hand dat hij zich de vraag stelde of de kerk hier nog een rol van betekenis zou kunnen spelen. Is de boodschap van het seculariseringsproces nu juist niet dat de kerk in de huidige samenleving een anachronisme is dat zichzelf heeft overleefd en feitelijk op sterven na dood is? Onze samenleving is intussen toch dermate geïndividualiseerd dat een eeuwenoud instituut dat een verhaal vertelt dat universele geldigheid claimt toch volstrekt lijkt geworden? Ieder individu heeft toch vandaag zijn eigen waarheid en redeneert vanuit een eigen wereldbeeld waarin elementen uit een veelheid aan vaak volstrekt vreemde cultuurelementen opnieuw worden geïntegreerd?
Dat mag zo zijn, aldus Rosa, maar het is nog steeds zo dat de kerk traditioneel een aantal zaken vertegenwoordigt die een richting wijzen uit de huidige crisis. Volgens hem moet er een einde komen aan het eindeloze groeidenken, inclusief de gedachte dat alles altijd sneller en efficiënter zou moeten. Met dat pleidooi heeft hij zich inmiddels zoveel aanzien verworven dat hij door velen als ‘onthaastingsgoeroe’ wordt gezien. Daarbij dient aangetekend dat het hem daarbij niet zozeer om onthaasting als zodanig gaat, maar vooral om het herstel van de connectie met onze omgeving: de werkelijkheid waarin wij leven, de wereld en de mensen om ons heen en, last but not least, ons eigen innerlijk.
Het belang van resonantie
Rosa heeft daartoe het woord ‘resonantie’ gemunt – een term die ook door de Gentse hoogleraar psychologie Mathias Desmet veelvuldig gebruikt wordt als remedie tegen de huidige polarisatie in de politiek en de toenemende atomisering van de samenleving.
Wat bedoelt Rosa met die resonantie? Volgens hem gaat het hier om een proces dat in gang wordt gezet door een houding die het best kan worden samengevat met het gebed dat koning Salomo aan het begin van zijn regeringsperiode in het oude Israël tot God richtte: ‘Geef mij een luisterend hart’. Die houding is politiek relevant omdat ook een democratie alleen kan werken wanneer ieders stem gehoord wordt. Maar ook in de alledaagse relatie tussen mensen onderling en hun natuurlijke omgeving is een luisterhouding van groot belang. Alleen zo kunnen we ontsnappen aan de agressiemodus waarin veel burgers tegenover elkaar staan en kan de polarisatie mogelijk worden overwonnen, aldus Rosa.
Voor Rosa omvat resonantie vier elementen. Allereerst is er een moment van prikkeling, van aangesproken worden door iets of iemand. Daarmee wordt dus ingebroken op de geslotenheid die daarvoor bestond. Vervolgens ontstaat er een connectie, een verbinding tussen datgene wat van buiten mijn aandacht vraagt en waarvan ik besluit er aandacht aan te geven. Een derde element is die van transformatie: doordat ik dat van buiten mij aandacht geef vindt er een verandering in mij plaats. Ik ben niet langer dezelfde persoon die ik eerder was. Ik word emotioneel geraakt, mijn oude visie wordt verrijkt met nieuwe kennis en een ander perspectief. Dat proces is zodanig creatief dat niet kan worden voorspeld wat daarvan de uitkomst zal zijn: het kan niet geproduceerd, gekocht of geforceerd worden. Maar – dat is het vierde element in het begrip resonantie – het is iets dat niettemin mijn houding en handelen naar de buitenwereld verandert.
De behoefte aan resonantie
Zelf kwam bij de uitleg van het begrip resonantie de associatie met dat wat de kerk traditioneel ‘bekering’ noemt. Ook daarin worden we aangesproken, zodanig dat dit tot een radicale omkering van ons voelen, denken en doen leidt.
Rosa legt bij resonantie ook de relatie met de kerk omdat hij van mening is dat zij ‘de sociale en materiële ruimtes’ biedt waarin resonantie kan ontstaan. De kerk herinnert ons eraan dat er een ander perspectief op de wereld en onszelf mogelijk is. Als ruimte onttrekt ze ons aan de alledaagse werkelijkheid en plaatst ze ons fysiek in een andere realiteit. Haar boodschap en de gebruikte symboliek is aangelegd op transformatie van mensen – weg van de verkeerde dingen die ze gewend zijn te doen en gericht op het goede. Met name die symboliek maakt dat het resonantiepotentie van de katholieke kerk sterker is dan die van protestantse kerken, zo is Rosa van mening. Via Mariaverering en het gebruik van wierook en wijwater in de eredienst wordt die connectie met een hogere werkelijkheid getriggerd.
De behoefte aan resonantie is groot. Hetzelfde geldt voor de frustraties van gelovigen met de wijze waarop daar door veel kerken mee is omgegaan. De aantrekkingskracht van new age, esoterische bewegingen en religies als hindoeïsme en boeddhisme valt tegen die achtergrond uitstekend te verklaren. Ook de opkomst van de zogenaamde klimaatreligie, waarin opnieuw aandacht wordt gevraagd voor de wijze waarop wij ons tot onze natuurlijke omgeving verhouden, wordt zo begrijpelijk.
Om het even welk geloof?
Dat roept de vraag op of elk van die nieuwe religieuze verschijnselen ook werkelijk bijdragen aan een vitale samenleving en democratie. Met enig recht kan gesteld worden dat ze een alternatief vormen voor de leegte die achterbleef toen velen afscheid namen van het christelijk geloof. Kennelijk bood dat geloof onvoldoende houvast wanneer het ging om hernieuwde oriëntatie op de vragen van de moderniteit. Het geloof was te zeer een zaak van het hoofd geworden om aan de dringende behoefte aan resonantie te kunnen voldoen.
Tegelijkertijd kunnen de geboden alternatieven ook in hun tegendeel verkeren. De huidige klimaatreligie, inclusief haar neiging om onder dwang een bepaalde politieke agenda aan de samenleving op te leggen, heeft geleid tot toenemende polarisatie in de samenleving. En dat niet alleen doordat hele sectoren van de maatschappij het slachtoffer dreigen te worden van het huidige klimaatbeleid, maar ook vanwege het feit dat degenen die dat beleid kritiseren als achterlijk en asociaal zo niet ronduit kwaadaardig worden weggezet.
Wie echter nuchter om zich heen kijkt ontkomt niet aan de conclusie dat de kosten van de energietransitie in toenemende mate worden afgewenteld op de samenleving. Daardoor kunnen steeds meer mensen hun energierekening niet meer betalen. Bedrijven worden zodanig op kosten gejaagd dat hun voortbestaan steeds vaker op het spel staat. Daarnaast wordt de natuur geofferd aan een rücksichtslos klimaatbeleid – met alle gevolgen van dien voor de kwaliteit van ons landschap en onze leefomgeving.
De kerk en de klimaatreligie
Op dit moment lijken veel kerken – inclusief paus Franciscus, het hoofd van de rooms-katholieke kerk – de kennelijk onbedwingbare neiging te hebben om hun politieke boodschap te conformeren aan het appel dat van de klimaatreligie uitgaat. Daarbij lijkt men vooral te resoneren met een zeer nadrukkelijk gepropageerde klimaatapocalyptiek.
Dan rijst de vraag: moet de kerk meegaan, samen met andere religieuze bewegingen met resonantiepotentie, in de huidige polarisatie vanuit de heersende klimaatreligie? Of werkt ze mee aan de toenemende vervreemding tussen een kerkelijke elite aan de ene kant en gewone gemeenteleden die de prijs betalen voor een klimaatbeleid aan de andere kant. Nog even afgezien van de vraag of dat beleid ook maar enigszins effectief is om de zogenaamde klimaatapocalyps af te wenden – verondersteld dat die hele apocalyps überhaupt reëel is.
Het antwoord van de religieuze klimaatsceptici
Rosa benoemt die mogelijkheid niet expliciet. Maar juist het onvoorspelbare karakter van resonantie kan ook inhouden dat de boodschap van de kerk op dat punt juist tot politiek non-conformisme zou kunnen leiden. In West-Europa lijkt dat vooralsnog niet het geval te zijn. Maar in de VS is er een vitale religieuze beweging onder protestanten waarin een godsbeeld resoneert dat aanmerkelijk minder angstaanjagend is dan dat dan waardoor de huidige Green Deals zich laten inspireren.[*]
Dat zijn mensen die niet geloven in een klimaatapocalyps omdat zij uitgaan van een wereldbeeld waarin niet zozeer naar modelmatige wetmatigheden gekeken wordt, maar naar de realiteit aan de grond. Daarin is geen sprake van versnelde zeespiegelstijging. Daarin is geen sprake van overmatig smeltend ijs. Daarin is geen sprake van steeds extremere weersomstandigheden. Er is geen sprake van een toenemend aantal klimaatdoden. Voor zover er sprake is van klimaatverandering, dan pleiten deze christenen voor klimaatadaptatie – niet van Green Deals waarvan voor hen vaststaat dat ze niets gaan bijdragen aan het tegengaan van de genoemde verandering.
Zolang de kerk waartoe Rosa zich richt in zijn verhaal niet open staat voor resonantie met dit soort religieuze bewegingen, zal ze onmogelijk een bijdrage kunnen leveren aan het tegengaan van polarisatie in de samenleving. Zeker wanneer ze weigert oog te hebben voor dat deel van de burgers dat onevenredig gebukt gaat onder de lasten van het huidige klimaatbeleid.
Resonantie veronderstelt principiële openheid
Wanneer we Rosa horen zeggen: de kerk heeft met haar resonantiepotentie goud in handen, dan kunnen we dat volmondig toestemmen. Maar de vraag blijft wat er vervolgens met die potentie wordt gedaan. Wordt die aangewend om allerlei waarheidsclaims te doen of te ondersteunen op gebieden waarover religie zelf geen competentie heeft, dan begeeft ze zich in een mijnenveld waarvan het wat mij betreft sterk de vraag is of ze daarmee tegemoet komt aan de eigen roeping die de kerk heeft in deze wereld.
De kerk is er namelijk primair om mensen te herinneren aan de mogelijkheid van resonantie met een transcendentie werkelijkheid – transcendent omdat ze de reikwijdte van het zichtbare hier-en-nu te boven gaat. Die werkelijkheid sluit bovendien niet per se naadloos aan op dat wat wij voor ogen hebben.
Het gelovige perspectief op die werkelijkheid is weliswaar richtinggevend voor bepaalde standpunten met betrekking tot concrete issues, maar zou tegelijkertijd ruimte moeten laten voor een veelkleurig palet aan perspectieven zowel op die transcendente werkelijkheid zelf, als op de zichtbare werkelijkheid die verondersteld wordt daaraan onderworpen te zijn.
Zo zien we binnen het christendom al verschil tussen twee stromingen. Om te beginnen de kerken die uitgaan van een klimaatapocalyps die wij als oordeel over onszelf hebben afgeroepen en in zekere zin als straf zou kunnen worden gezien. Daartegenover zijn er de kerken die dat oordeel veel minder scherp zien en niet geloven in een apocalyptisch toekomstscenario. Zij zien zich eerder geroepen te ageren tegen een overheid en medegelovigen die bereid zijn zowel kwetsbare groepen in de samenleving als de natuurlijke leefomgeving waarin wij ademen te offeren op het altaar van de heersende klimaatreligie.
Die beide kerkelijke stromingen bieden elk een ander perspectief op de zichtbare werkelijkheid, inclusief wetenschappelijke feiten, politieke stellingnames, economische belangen en esthetische voorkeuren.
Maar zelfs als dat transcendente perspectief verschilt, wordt daardoor de rest van het perspectief op de werkelijkheid niet volledig gedetermineerd. Steeds kan ook de wetenschap, de politiek, de economie en de esthetiek voor een geheel eigen inkleuring zorgen – afhankelijk van de concrete werkelijkheid waarin individuele gelovigen zich bevinden.
Iedere stem dient gehoord!
En daarmee zijn we terug bij Rosa. Die stelt dat in een democratie elke stem dient te worden gehoord. De kerk kan daarbij een cruciale rol vervullen. Maar zoals we vaak in de geschiedenis hebben gezien, is de kerk al te vaak gevallen voor de verleiding om de politiek te steunen in haar streven om bepaalde groepen in de samenleving het zwijgen op te leggen.
De kerk die Rosa in zijn lezing aanspreekt speelt daarbij onder leiding van haar paus Franciscus op dit moment zelfs een actieve rol door tegenstemmen steeds opnieuw in diskrediet te brengen. Wat dat betreft vervullen bepaalden protestantse kerken, bijvoorbeeld die in Noord-Amerika, een positiever rol in het stemgeven aan de mensen die zich niet conformeren aan de heersende klimaatreligie, dan de rooms-katholieke kerk op dit moment.
Dus ja, de resonantiepotentie van de kerk is gigantisch. Maar of ze daar altijd even zorgvuldig mee omgaat is sterk de vraag. Ik hoop dat de kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders die onder het gehoor van Rosa zaten zich niet te snel hebben laten rijk rekenen met diens positief bedoelde verhaal. Wat mij betreft had hij er beter aan gedaan de balans te zoeken en hen een veel kritischer spiegel voor te houden.
Hoewel ik lezing van Rosa’s uitleg van het resonantiepotentieel van religie van harte aanbeveel is zijn verhaal toch ook een gemiste kans. Want ik voorspel dat een kerk die weigert af en toe kritisch bij zichzelf te rade te gaan slechts een katalysator is voor verdere secularisatie en daarmee zichzelf op de lange termijn totaal irrelevant maakt.
Onze democratie verdient beter dan dat!
N.a.v. Hartmut Rosa, Democratie vraagt om religie. Over een bijzondere resonantierelatie. Met een voorwoord van Ronald van Raak. Uitgave van Boom te Amsterdam, 2023; 76 blz.; € 14,90.
[*] Zie daarvoor Robin Globus Veldman, The Gospel of Climate Skepticism. Why Evangelical Christians Oppose Action on Climate Change (2019).